Kapers op de kust: de bestuurlijke overheid op zee en de rol van gouverneur

auteur Paul Breyne
tijdschrift Recht in beweging (ISSN: )
jaargang 2008
aflevering 15de VRG-Alumnidag 2008
onderdeel Artikelen
publicatie datum 6 maart 2008
taal Dutch
pagina 379
samenvatting

De gouverneurs van de provincie West-Vlaanderen hebben deze opdracht ter harte genomen en het Rampenplan Noordzee uitgewerkt. De formalisering hiervan is pas gebeurd bij Ministerieel besluit dd. 19 april 2005 tot vaststelling van het “Rampenplan Noordzee” (B.S. 25 mei 2005 blz. 24.424). De aanzet tot het formaliseren van het Rampenplan Noordzee is terug te vinden in artikel 20, eerste lid van de Monitoringsrichtlijn. Dit artikel bepaalt dat de lidstaten, na raadpleging van de betrokken partijen en rekening houdend met de toepasselijke IMO-richtsnoeren, plannen opstellen voor de opvang van schepen in nood in de wateren die onder hun jurisdictie vallen. Deze richtlijn diende te worden omgezet in Belgische wetgeving. Gelet op de tijdsdruk werd geopteerd om een Hoofdstuk 7 “Plan voor opvang van schepen in nood in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België” in te voegen in het Rampenplan Noordzee. Dit was een eerste stap, maar volstrekt onvoldoende om tegemoet te komen aan de Europese regelgeving. De volgende stap was het formaliseren van het Rampenplan Noordzee in een ministerieel besluit. De wettelijke grondslag hiervoor werd gevonden in artikel 32§2 van de wet van 20 januari 1999 ter bescherming van het mariene milieu in de zeegebieden onder de rechtsbevoegdheid van België (B.S. 12 maart 1999, ed. 2, blz. 8033). Dat artikel bepaalt dat de ter zake bevoegde ministers gezamenlijk operationele interventieplannen opstellen ter voorkoming, vrijwaring, bescherming en
bestrijding om het hoofd te kunnen bieden aan een verontreiniging of een dreigende verontreiniging van de zeegebieden.

Open Access  bekijk het artikel als PDF