Hoewel elektronische post slechts een tiental jaar geleden bij het grote publiek is doorgedrongen, is het gebruik ervan vandaag niet meer weg te denken. We besteden dagelijks een groot deel van onze tijd aan het lezen, versturen en beheren van elektronische post. De snelle groei van dit communicatiemiddel heeft naast een reeks praktische gevolgen, zoals compacte schrijfstijl, versnelde
communicatie, overvloedige informatie en goedkope transmissie, ook belangrijke juridische implicaties. Elektronische post laat immers toe dat contracten worden afgesloten, facturen worden uitgewisseld, reclameboodschappen worden uitgestuurd en ontvangen, - al dan niet aangetekende - kennisgevingen worden gedaan, administratieve verplichtingen worden vervuld, enzovoort. Bovendien kan elektronische post eenvoudig voor privé-communicatie tijdens de werkuren worden gebruikt. Tegen deze achtergrond stellen velen zich dan ook terecht vragen bij de juridische draagwijdte van de verschillende gebruiksvormen van elektronische post binnen hun organisatie. Hoewel de geldigheid van elektronische post op zich niet meer betwist wordt blijven een aantal vragen vaak onbeantwoord. Zo is het niet altijd even duidelijk welke bewijskracht elektronische post heeft of hoe en met welke gevolgen een elektronische handtekening geplaatst kan worden. Andere vragen hebben betrekking op eventuele wettelijk verplichte vermeldingen in elektronische post, archivering van elektronische post of controle ervan door de werkgever. Op deze en andere vragen trachten we in deze bijdrage een bondig antwoord te bieden. Voor een meer uitgebreide behandeling verwijzen we naar de praktische
gids die wij over dit onderwerp hebben opgesteld.