Strafrecht en gedragswetenschappen. Strafuitvoeringsrecht en justitiële hulp- en dienstverlening.

auteur Els Naessens
tijdschrift Panopticon Libri (ISSN: )
jaargang 2009
aflevering Van pionier naar onmisbaar. Over 30 jaar Panopticon.
onderdeel Artikelen
publicatie datum 10 november 2009
taal Dutch
pagina 440
samenvatting

Vanuit chronologisch oogpunt zullen we deze ontmoeting op drie verschillende momenten bekijken. Een eerste mo-ment verwijst naar de straftoemeting en, daaraan voorafgaand, de fase van het gerechtelijk onderzoek. Hoewel in veel gevallen in deze fase van de rechtsgang de forensische hulpverlening reeds kan interveniërenii –en eigen-lijk zou ze al veel vroeger, nog vooraleer effectief een delict gepleegd wordt, moeten kunnen interveniëren– zullen we ons op deze plaats beperken tot de psychologie, niet in het minst omdat de intrede van de psychiatrie en de psychologie de aanzet geweest is voor een zeer belangrijke vernieuwing in het strafrecht zelf. De gedragswetenschappen noopten het strafrecht funda-mentele kwesties zoals ‘schuld’ en ‘dader’ te herbekijken en te herdefiniëren. Zo werd de deur op een kier gezet voor de ruimere hulpverlening. De relatie strafrecht-psychologie zal toegelicht worden aan de hand van de begrippen toerekeningsvatbaarheid en sociale gevaarlijkheid. Een tweede moment be-treft de detentie: welke positie wordt er aan de forensische gedragsweten-schappen toegekend binnen een penitentiaire context? Welke rol spelen de psychosociale diensten van de strafinrichtingen tijdens de strafuitvoering? In welke mate kunnen gedetineerden een beroep doen op de hulpverlening waarop elke burger recht heeft? Een derde moment tenslotte schetst hoe de gedragswetenschappen en de strafuitvoering(srechtbank) zich vandaag ten aanzien van elkaar verhouden en hoe zij elkaar al dan niet (zouden kunnen) beïnvloeden. Welke verwachtingen worden vanuit de rechtbank ten aanzien van de hulpverlening gesteld, en beantwoorden deze verwachtingen wel aan de filosofie eigen aan de justitiële hulpverleningiii? En in welke mate zou een op emancipatie gericht forensisch welzijnswerk kunnen bijdragen aan een emancipatorisch strafuitvoeringsrecht?