samenvatting |
Criminaliteitsstatistieken laten vanaf 2008 jaarlijks een afname zien in het aantal jeugdige verdachten en daders in Nederland. Niet alleen politie- en justitieregistraties laten een daling zien, ook het aantal zelfgerapporteerde daders van jeugdcriminaliteit neemt af. De daling is vooral zichtbaar in de traditionele vormen van offline-criminaliteit. De online-activiteiten van jongeren, zoals het gebruik van internet of sociale media, zijn in het afgelopen decennium fors toegenomen. Naast sociaal gedrag vindt ook antisociaal gedrag en crimineel gedrag online plaats. Politie- en justitieregistraties bieden op landelijk niveau nauwelijks zicht op online-criminaliteit door jeugdigen, maar zelfrapportagecijfers wel hoewel die bron ook beperkt is. In dit onderzoek wordt ingegaan op mogelijkheden en beperkingen van zowel politie- en justitieregistraties als zelfrapportagecijfers bij het meten van online-jeugdcriminaliteit. Op basis van gegevens verzameld in de Monitor Jeugdcriminaliteit (MJC) waarin beide typen bronnen worden gebruikt, is de mate waarin Nederlandse jeugdigen betrokken zijn bij onlinecriminaliteit en de overlap die er is met traditionele offline-criminaliteit onderzocht. Tot slot bepleiten we dat het om de ontwikkelingen in de jeugdcriminaliteit te begrijpen het van belang is dat in officiële statistieken online-criminaliteit beter wordt geregistreerd. |