Geweldsbeheersing door de Nederlandse politie in een gewelddadige eeuw

auteurs Piet van Reenen
  Guus Meershoek
tijdschrift Cahiers Politiestudies (ISSN: 1784-5300)
jaargang Jaargang 2012
aflevering 23. Geweld en politie
onderdeel Artikelen
publicatie datum 18 april 2012
taal Dutch
pagina 159
samenvatting

Nederland is een gevestigde, burgerlijke natie. Geweld stuitte en stuit in het sociale verkeer op afkeer, de politie was en is doorgaans terughoudend in de toepassing van geweld. Paradoxaal genoeg is ook het leger duurzaam aanwezig in de openbare ordehandhaving. Dit artikel geeft een beschrijving en eerste analyse van de ontwikkeling van de publieke vormen van geweldsbeheersing in Nederland in de twintigste eeuw, met speciale aandacht voor de politie. Driemaal ontwikkelde die politie meer burgerlijke vormen van sociale beheersing. Zo breidde het bevoegd gezag onder druk van de publieke opinie en aangespoord door de volksvertegenwoordiging aan het begin van de eeuw, in de jaren twintig en in de jaren zestig en zeventig het regulerende en justitiële politieoptreden uit. Anderzijds werd in reactie op nationale en buitenlandse crises, in het bijzonder na de Duitse omwenteling in 1918, het Jordaan-oproer van 1934, de Duitse inval in 1940 en het terrorisme in de jaren zeventig het repressieve potentieel van de politie versterkt. Maar toch nooit zozeer dat in de openbare ordehandhaving kon worden afgezien van eventuele inzet van het leger. Naar ons idee laat de ontwikkeling van de politiële geweldsbeheersing zich
goed begrijpen als twee, op het politieapparaat inwerkende krachten worden onderscheiden: een overheid die in crisissituaties het geweldspotentieel wil versterken en een samenleving die op andere momenten aandringt op civilisering van dat potentieel.